dinsdag 25 augustus 2015

Brussel


‘Brussel’ dus. Ik heb niets met Brussel. Het leek mij een vuile, drukke, onpersoonlijke en vuile (had ik dat al gezegd?) stad. Toen ik er ooit een maand vakantiewerk deed, heb ik niets gezien wat mijn vooroordeel kon ontkrachten. (Hoewel er ongetwijfeld prachtplekken bestaan in Brussel die ik gewoon nog nooit heb bezocht.) Dus ik was nieuwsgierig of het boek mij wel op andere gedachten zou kunnen brengen. Spoiler alert: Brussel is er voor mij niet mooier op geworden, maar heeft wel een genuanceerder karakter gekregen. Hier lees je hoe:

‘Brussel’ is een schets. Een fragment uit het leven van een betekenisloze passant in Brussel. Het ‘verhaal’ heeft geen begin, geen einde en geen erg interessante plotwendingen. Maar het is wel een interessante schets. Het geeft een unieke inkijk in de zakenwereld van Brussel. Een wereld van voorbijgangers, van vluchtige contacten, van wilde feestjes, van koffie, van lange werkuren en van broodnodige (of verplichte?) ontspanning. Een – voor mij – redelijk onbekende wereld met vage bewoners. Ze hebben dezelfde job, hetzelfde uniform, dezelfde interesses, dezelfde blik in hun ogen. En het ‘unieke’ van hoofdpersonage Elvie … maakt haar nog alledaagser dan haar karakterloze stadsgenoten. Want grijs en strak tussen de werkuren, maar bellenblazen en gevoelens koesteren voor een kunstenares in het weekend – dat is toch uniek? Wel … nee, sorry … Ik ben ervan overtuigd dat iedereen wel zoiets heeft. Dat je zo’n gekke trekjes nodig hebt. Het Brussel van deze roman is verstikkend als je je niet af en toe kunt laten gaan. Als je niet af en toe iets geks en kleurrijks kunt doen. Die piekfijn uitgedoste zakenman op het voetpad heeft waarschijnlijk supermansokken aan. En die dame op naaldhakken die een belangrijk gesprek loopt te voeren, heeft thuis waarschijnlijk een diepvrieslade vol raketijsjes. Gewoon, omdat ze dat lekker vindt. En de CEO van het zoveelste grijze bedrijf heeft waarschijnlijk een gênante tattoo op zijn onderrug. En zo wordt ook Elvie weer het meest doorsnee personage van het boek over haar doorsnee Brusselse leven.

Maar doorsnee betekent zeker niet afgekeurd. Als Gerard Reve een fascinerende roman kan schrijven over verveling*, betekent een doorsnee personage met een doorsnee leven ook nog niet per se een doodvonnis voor deze roman. Want hoewel Elvie niet het meest bijzondere personage van Brussel is, is eender welk Brussels personage wel bijzonder voor een lezer die in een huisje met een tuintje in een of ander Vlaams boerengat woont. Het is een wereld die wij niet kennen, waar wij nooit een deel van hebben uitgemaakt en die even exotisch als dichtbij is. Je ziet ze, de grijze zakenmensen, maar je ziet ze in hun alledaagse vermomming. En je hebt geen idee wat voor sokken ze dragen of hoe dronken ze gisteren na hun bedrijfsfeestje waren. En wanneer je er toch achter komt, is het al lang allemaal voorbij in het vluchtige, voorbijgaande Brussel.


* Fascinerend, doch vervelend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten