Ik nam dit boekje mee naar een familiedag om de versjes
samen met de nichtjes te lezen. De vrolijke cover en het woord ‘versjes’ deden
mij er namelijk niet aan twijfelen dat het boekje voor kinderen bedoeld was.
Tot ik ‘Haiku herfst, nr. 2’ las:
Zon, bier en eten,
de herinnering aan de
kou is vergeten
En daarna las ik een dubbelzinnig versje en daarna een veel
te moeilijk versje; toen had ik door dat ik me vergist had.
Maar toch bladerde ik verder en in plaats van de versjes
samen te lezen, besloot ik er eentje ‘weg te geven’. Ik zei: “A’tje, ik heb een
versje voor jou”, en las:
Onder de dagen die
ik liefheb tel ik
die we samen doen,
de rest is dan ook
nog wel oké, maar
maar niet zo goed
als die met jouw
zoen
A’tje kijkt al niet meer vreemd op als ik gekke dingen doe
(zoals een bal van lucht gooien of een versje ‘geven’) en vond het prachtig om
een lief versje te krijgen.
Daarna gaf ik mijn zus deze:
Ik ga over jou echt
geen lange, moeilijke
dingen schrijven, want
het kan gemakkelijk bij
‘je bent de allermooiste’
blijven
En toen waren we vertrokken en besefte ik opnieuw hoe
prachtig woorden zijn en hoe ik telkens weer vergeet dat ik stiekem toch van
poëzie hou. En vanaf nu dus ook van deze!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten